Diëtistische diagnose
36-jarige man, start met eerste kuur inductie cisplatin/etoposide voor stadium I-III thymoom AB. Fors recent onbedoeld gewichtsverlies (-20%) met inflammatie (onder andere CRP 113 mg/l). Recent acuut gestopt met intensieve krachttraining (topsport: 5x/week). Voelt dat hij in korte tijd veel spiermassa is kwijtgeraakt (niet geobjectiveerd). Op basis van klinische blik zeer hoge spiermassa verwacht. Impedantiemeting: zeer hoge VVMI (25,1 kg/m2 (P95: 21,7 kg/m2)), met op basis van CT-scananalyse zeer hoge skeletal muscle index (SMI: 84,65 cm2/m2 (>P95: 67,1 cm2/m2)). Merkt vermindering van kracht (voelt zich slap), bij knijpkracht conform P75 (59 kg ten opzichte van ref P75: 58 kg). Huidige inname >100% van geschatte energie- en eiwitbehoefte.
Dilemma
Uitgaande van de basisset van risico-indicatoren voor ondervoeding uit de richtlijn ondervoeding is deze patiënt
Heeft gereageerd op:
Wat is de onderbouwing van de berekening van de eiwitbehoefte, nl 1,8-2,3 g/kg FFM in deze casus?
1 reactie bekijkverberg
Heeft gereageerd op:
Bedankt voor je reactie, goeie vraag. Onze beweegredenen om te kiezen voor een eiwitbehoefte van 1.8 – 2.3 g/kg VVM is gebaseerd op onderstaande artikelen. De stuurgroep ondervoeding adviseert om de eiwitbehoefte te bepalen obv VVM. Echter niet alle onderzoeken zijn obv VVM uitgevoerd, bij het interpreteren van de resultaten dient hier dus rekening mee gehouden te worden. Qua eiwitrange zijn wij in het midden gaan zitten van adviezen uit onderstaande artikelen, omdat er nog geen nationale consensus is binnen deze sport. Hopelijk volgt er in de toekomst een richtlijn voor deze specifieke doelgroep.
Als je uit gaat van een eiwitbehoefte van 1.5 gram per kg lichaamsgewicht, staat dit volgens Ishibashi et al ongeveer gelijk aan 1.9 g/kg VVM. Volgens de ESPEN guidelines on nutrition in cancer patients, zou een eiwitinname van 2,0 g/kg lichaamsgewicht bijv. kunnen zorgen voor een positieve eiwitbalans bij kankerpatienten. In de review van Helms et al wordt geconcludeerd dat een hogere eiwitinname (2.3 – 3.1 g/kg VVM) bij bodybuilder zorgt voor een verminderd verlies aan spiermassa. Er wordt gesuggereerd dat bij een lagere VM en een hypocalorisch dieet sprake is van een hogere eiwitbehoefte. Omdat in onze casusistiek geen sprake is van lage VM of hypocalorisch dieet, hebben wij gekozen voor een eiwitbehoefte van maximaal 2.3 g/kg VVM. Daarnaast hebben wij ook rekening gehouden met de aankomende cisplatin kuur en zijn huidige eiwitintake.
Vriendelijke groet,
Vrouwke van Adrichem en Inge Dekker
Arends J, Bachmann P, Baracos V, Barthelemy N, Bertz H, Bozzetti F, Fearon K, Hütterer E, Isenring E, Kaasa S, Krznaric Z, Laird B, Larsson M, Laviano A,Mühlebach S, Muscaritoli M, Oldervoll L, Ravasco P, Solheim T, Strasser F, de van der Schueren M, Preiser JC. ESPEN guidelines on nutrition in cancer patients. Clin Nutr. 2017 Feb;36(1):11-48
Bandegan A, Courtney-Martin G, Rafii M, Pencharz PB, Lemon PW. Indicator Amino Acid-Derived Estimate of Dietary Protein Requirement for Male Bodybuilders on a Nontraining Day Is Several-Fold Greater than the Current Recommended Dietary Allowance. J Nutr. 2017 May;147(5):850-857
Helms ER, Aragon AA, Fitschen PJ. Evidence-based recommendations for natural bodybuilding contest preparation: nutrition and supplementation. J Int Soc Sports Nutr. 2014 May 12;11:20
Ishibashi N, Plank LD, Sando K, Hill GL. Optimal protein requirements during the first 2 weeks after the onset of critical illness. Crit Care Med. 1998 Sep;26(9):1529-35
Phillips SM, Van Loon LJ. Dietary protein for athletes: from requirements to optimum adaptation. J Sports Sci. 2011;29 Suppl 1:S29-38